Kwaliteitsborging in het rijk der nevelen
Door: ir. Rob de Wildt (Rigo) en dr. ir. Nico Scholten (ERB)
Na de 44 geregistreerde reacties op de Consultatiewet kwaliteitsborging voor het bouwen en tientallen reacties die in andere postbussen van het Ministerie kwamen is het wachten op een nieuwe versie. Dat gaat even duren, want die moet eerst nog naar het kabinet en de Raad van State voordat daar iets van bekend kan worden.
Op het groots aangekondigde congres van 10 december zal minister Blok daar dus niets over kunnen zeggen. Vermoedelijk neemt hij de kans te baat om bij zoveel uiteenlopende reacties rechtuit te blijven lopen, in de hoop dat die weg ergens toe leidt. Maar daar kan hij dus niet over uitweiden.
Het congres zal dus mistig worden, waar echter de kwartiermakers met mijnwerkerslampen hun route met broodkruimels blijven uitzetten.
In de uiteenlopende berichtgeving van de laatste maanden zien we weinig volgers. Vooral partijen die alle kanten uit lopen. De consumenten hebben al laten weten het zicht helder te houden en de mistwolk van het congres links te laten liggen. De VBWTN stelt zich zeer kritisch op en doet een laatste poging de te verwachten mislukking te duiden. Intussen draait KOMO cirkels, ingesloten door de CE-markering. De architecten, ingenieurs en bouwers lijken zich wel op te maken voor het juk van de kwaliteitsborgers die hen op de vingers komen kijken, dan wel dat ze dit zelfvoorzienend als extra dienst gaan verkopen. Ze denken misschien ook dat een in te huren kwaliteitsborger rekening zal houden met zijn broodheer.
Buiten het gezichtsveld zijn er toeleveranciers die weinig zien in een nieuwe toezichtslaag die het bouwen nog weer duurder maakt. Ze beraden zich op andere manieren om de kwaliteit te garanderen, via een erkende en te verzekeren technische oplossing. Zal het hen lukken daarbij de overbodige kwaliteitsborgers buiten de deur te houden?
Nu vooral eenvoudige bouwwerken als eerste ten prooi gaan vallen aan de kwaliteitsborgers zien we de kleine ‘bouwconsument’ als grote verliezer. Die kon tot nog toe profiteren van de kruissubsidie van grote projecten, maar gaan als eerste over naar de kwaliteitsborgers. Hoeveel duurder zal de dakkapel, de eigenbouw en de nul-op-de-meter aanpak wel niet worden? Projectontwikkelaars en corporaties kunnen wel profiteren van schaalgrootte bij de ‘eenvoudige’ bouwwerken, maar de individuele opdrachtgever betaalt het gelag. Misschien biedt het verruimd vergunningsvrij bouwen enig soelaas.