OPEN BRIEF
Retouradres: ERB, Van der Burghweg 1, 2628 CS Delft
Aan: Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijk ordening Dhr. H. de Jonge Postbus 20011 2500 EA Den Haag |
||
Delft, 12 September 2022 | ||
Kenmerk | : | 2022-ERB-b006 |
Betreft | : | Berichtgeving over de Erkende Technische Toepassing in het Tijdschrift voor Bouwrecht in relatie tot het ERB |
Uw kenmerk | : |
Geachte excellentie,
In TBR 2022/78 is een publicatie verschenen van de hand van prof. A.R. Neerhof waarin vragen worden gesteld over de uitwerking van motie TK 34453-19 inzake de erkende technische toepassing (ETT) als onderdeel van de Wkb. Die motie is unaniem in de Tweede Kamer op 17 februari 2017 aangenomen en komt niet terug in de uitwerking bij AMvB, zo is zijn conclusie.
Die publicatie heeft geleid tot een reactie namens het door uw ministerie ingestelde Instituut voor Bouwkwaliteit van de hand van dhr. Gert-Jan van Leeuwen, kwartiermaker voor de Wkb in TBR 2022/95.
Wij stellen vast dat de reactie van dhr. Van Leeuwen een onjuiste en zeer eenzijdige weergave van de feiten bevat en als zodanig de lezer, maar ook de leden van de Tweede Kamer en de senatoren van de Eerste Kamer, een volkomen fout beeld geeft van de inhoud en bedoeling van de ETT. In openbaar raadpleegbare stukken is de visie van dhr. Gert-Jan van Leeuwen reeds meermaals weerlegd.
ERB is ervan overtuigd dat met ETT’s een stelsel ontstaat dat tegen veel lagere kosten leidt tot het bereiken van de doelstelling van de Wkb.
Op initiatief van de toenmalig woordvoerders van de regeringsfracties heeft daarover op 14 september 2014 overleg met toenmalig minister Blok plaatsgevonden in aanwezigheid van de voorzitter van de VBWTN. In dat overleg deed de minister toezeggingen om ruimte te scheppen voor de ERB-TNO-RIGO oplossing in de wet.
Deze toezegging is niet nagekomen. Zou die toezegging wel zijn nagekomen, dan had dat, zoals in de Handelingen van 18 januari 2017 van de Tweede Kamer vastgelegd, hebben geleid tot een stelsel dat ook naar het oordeel van de Tweede Kamer tegen veel lagere kosten leidt tot het bereiken van de doelstelling van de Wkb. De Tweede Kamer heeft deze oplossing unaniem bepleit omdat ze had geconcludeerd dat voorliggende wet tot een forse kostenstijging zou leiden, terwijl een oplossing om dat te voorkomen reeds geruime tijd daarvoor was aangedragen.
In de bijlage hebben wij deze onjuistheden en onvolledigheden, zonder volledigheid na te streven, weergegeven.
Naar het oordeel van het ERB is sprake van een kwaliteitsborgersvariant en een ETT-variant, om invulling te geven aan de politieke doelstellingen die ten grondslag liggen aan de stelselwijziging. Met nadruk willen wij vermelden dat de ETT geen instrument is in het instrumentdenken, zoals dat in Wkb en bijbehorende AMvB is vastgelegd, maar een variant die vergelijkbaar werkt als de kwaliteitsborging in de auto-industrie met de RDW als autoriteit. Dat is ook wat de voorzitter van Aedes, dhr. Martin van Rijn, recentelijk bepleitte als dringend gewenste uitwerking van de Wkb.
Wij willen nogmaals benadrukken dat wij gaarne bereid zijn om de inhoud en de werking van de ETT aan u toe te lichten, zoals wij dat meermaals ook aan uw ambtsvoorgangers hebben voorgesteld.
Een afschrift van dit schrijven zenden wij aan de Eerste Kamer en de Tweede Kamer.
Met vriendelijke groet,
Drs. R.J. Wijnands,
Voorzitter Expertisecentrum Regelgeving Bouw
Bijlage bij brief 2002-ERB-b006
OPSOMMING VAN ONJUISTHEDEN EN ONVOLLEDIGHEDEN
- De initiatiefnemers van de ETO® (thans door de TK gewijzigd in ETT) hebben nimmer bij de overheid gevraagd om financiering van de Kennisautoriteit. Het enige wat naar het ministerie van BZK is gestuurd, is een niet openbare, kleine offerte als startsubsidie om de ontwikkeling van de ETT van de grond te krijgen ter grootte van k€ 245, excl. BTW. Een bedrag van 3 miljoen Euro, zijnde een garantiekapitaal ter grootte van een jaarbegroting van de Kennisautoriteit, wat daar ook van zij, is nimmer door ERB met haar initiatiefnemers naar buiten gebracht en/of aan wie dan ook gevraagd. In het door uw ministerie gepubliceerde rapport uit 2011 van het ERB-RIGO en TNO (TK 2014D04798) wordt gesproken over een advies omtrent een niet nader gespecificeerd garantiekapitaal.
- Het rapport als genoemd onder voetnoot 9 is opgemaakt zonder hoor en wederhoor en is door de minister naar de TK gestuurd met een inhoud die niet strookt met de onderliggende rapporten van ERB-RIGO-TNO. Daarom is door het ERB een preambule naar de minister en de Tweede Kamer gestuurd om die onjuistheden te duiden (zie ook Aanhangsel van de Handelingen van de TK, 1639, vergaderjaar 2016-2017).
- Op de brief 2017Z03962, kenmerk van uw ministerie 2017-0000155886 van minister van BZK van 14 april 2017, heeft het ERB bij brief 2017-ERB-b004 als volgt gereageerd naar de TK in afschrift aan uw ministerie: “Ter correctie merk ik op dat de stichting ERB niet als een commerciële partij te karakteriseren valt zoals in het antwoord op vraag 7 gebeurt. Navraag bij ons, danwel raadpleging van het Handelsregister bij de Kamer van Koophandel zou geleerd hebben dat in de statuten van ERB, zoals overigens gebruikelijk en voorgeschreven is bij een dergelijke rechtsvorm, is vastgelegd dat ze werkt zonder winstoogmerk. Het vestigen van een I-depot op de systematiek van de erkende technische oplossing heeft geen commerciële bedoeling, mocht de minister dat met zijn beantwoording voor ogen hebben gehad1.
1 Navraag zou hebben geleerd dat het gevestigde I-depot tot doel heeft om, in samenspraak met de door belanghebbende partijen op te richten entiteit waarin de rechten van het door ERB c.s. voorgestane systeem van erkende technische oplossingen wordt ondergebracht, zeker te stellen dat een deel van voorinvesteringen terugvloeien naar de ontwikkelende partijen.
Anders dan de reactie van dhr. Van Leeuwen aangeeft, is al langer openbaar dat het vestigen van het I-depot geen enkele commerciële achtergrond heeft. Anders dan dhr. Van Leeuwen aangeeft, hoeft de Kennisautoriteit geen ZBO te zijn. De stichting Bouwkwaliteit, die jarenlang erkende kwaliteitsverklaringen heeft
- gepubliceerd, is bewust nimmer een ZBO geweest. Zie de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen.
- De inhoud en werking van een ETT wordt door dhr. Van Leeuwen onjuist naar buiten gebracht. De ETT is, zoals ook in de Handelingen van de TK van 18 januari 2018 aangeduid, bedoeld als bypass voor de kwaliteitsborgers om te komen tot een betaalbaar systeem. Anders dan dhr. Van Leeuwen schrijft, is toezicht op de bouwplaats door een kwaliteitsborger niet nodig omdat de bouwer drieledig conform de bepalingen in de ETT verantwoording aflegt dat is gebouwd conform de ETT (aan de fabrikant van bouwproduct, aan de opdrachtgever en aan het bevoegd gezag).
Hetgeen wij stellen had dhr. Van Leeuwen o.a. ook kunnen vinden via bijgaande URL: https://www.bouwregelwerk.org/rapport-over-inpassing-eto-s-in-stelselwijziging-slaat-inhoudelijk-en-procedureel-de-plank-mis/
En evenzo in bijgaande URL over een open brief aan de toenmalige minister: https://www.bouwregelwerk.org/open-brief-aan-ministerie-van-binnenlandse-zaken-en-koninkrijksrelaties-bzk/
Ik kom dan ook tot de conclusie dat de heer Van Leeuwen in zijn reactie zeer selectief te werk is gegaan.1
[1] Genoemde, ten ene male ondeugdelijke, werkwijze van dhr. Van Leeuwen bij de totstandkoming van zijn reactie zorgt daarnaast voor schade die ERB ondervindt door een onjuiste weergave van feiten en inhoudelijk onjuiste stellingen.
JAARVERSLAG 2021
Algemeen
De Stichting Expertisecentrum Regelgeving Bouw-ERB is sinds haar oprichting in 2005 uitgegroeid tot hèt Expertisecentrum op het gebied van de (bouw) technische regelgeving. Partijen die geconfronteerd worden met vragen en problemen rond de technische regelgeving worden dagelijks ondersteund. ERB draagt effectief bij aan de ontwikkeling van een betere technische regelgeving en de innovatie van het maatschappelijk systeem waarbinnen de regelgeving functioneert.
De dienstverlening kent een stabiele omvang en kwam tot uitdrukking in:
- het beantwoorden van vragen van alle partijen in de bouw;
- het geven van heldere en eenduidige adviezen;
- assistentie bij aanvraag van omgevingsvergunningen;
- mediation en juridisch-technische procesondersteuning;
- het geven van projectgebonden en projectonafhankelijke verklaringen van gelijkwaardigheid en prestatietoetsen;
- deelname aan de ontwikkeling van de normalisatie waaronder die rond de aardbevingsproblematiek in Noord-Oost Nederland en het Besluit bouwen leefomgeving (BBL) en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen;
- deelname aan de discussies rond de gevolgen van de instorting van de parkeergarage in Eindhoven en de brand in de Grenfell Tower te Londen en de overleggen over de gevolgen voor de regelgeving;
- Dat geldt evenzo voor onderwerpen als energietransitie, vergrijzing, circulair bouwen en implementatie van het Verdrag voor de gehandicapte mens;
- het publiceren van nieuws;
- het verzorgen van seminars, cursussen, en trainingen;
- het verzorgen van voorlichting, lezingen en het publiceren van artikelen;
De klanten
Zoals bedoeld blijkt in de praktijk de adviesvraag van veel verschillende partijen afkomstig te zijn. ERB mag tot haar klantenkring rekenen architecten, bouwfysici, constructeurs, toetsers van Bouw- en Woningtoezicht en Omgevingsdiensten, brandweerdeskundigen, projectontwikkelaars, bestuurders en vertegenwoordigers van verenigingen van eigenaren en huurders, brancheverenigingen, uitgevers, advocatenkantoren, kennisoverdragers, partijen betrokken bij normalisatie en certificatie, overheid en particulieren. Nauwe relaties worden onderhouden met de Woonalliantie, VEH, Aedes, de G4, Vereniging BWT.nl, de VNG en de NVTB. Bij hun beleidsvoorbereiding worden deze organisaties ondersteund.
De experts, de werkwijze
ERB werkt met een netwerk van experts die in beginsel niet in dienst zijn van de stichting, maar op basis van een permanente of ad hoc overeenkomst hun diensten verlenen.
In 2021 waren talrijke experts actief. Hun specialisaties sluiten aan bij de vraagstelling van de opdrachtgevers. Naast de bouwtechnische regelgeving in het algemeen is er topdeskundigheid op de terreinen constructieve veiligheid, brandveiligheid, monumentenzorg, Nederlandse normalisatie, Europese verordeningen en richtlijnen en geharmoniseerde normen, energiezuinigheid, integrale risicoafweging, explosieveiligheid, duurzaamheid, ventilatie en luchtkwaliteit, licht en verlichting, arbeidsomstandigheden en menselijk gedrag, handhaving enz.. Inzicht in de onderlinge samenhang van de voorschriften en de juridisch-technische aspecten wegen zwaar bij de inschakeling van de experts.
ERB betracht terughoudendheid bij het geven van publiciteit aan de namen van de experts. De gegeven uitleg en interpretatie, die ook mediation behelst, als partijen niet kiezen voor een gang naar de bestuursrechter of de civiele rechter, komt immers veelvuldig terecht bij ERB die integrale technisch-juridische beoordeling garandeert.
Gelijkwaardigheid en prestatietoets
De uitgebreide en diepgaande (wetenschappelijke) kennis die aanwezig is bij de experts en het netwerk van hoogwaardige specialisten waarbinnen de experts functioneren, maakt dat ERB bij uitstek een geschikte partij is om in het kader van product- en procesinnovatie gelijkwaardigheid en conformiteit te beoordelen. De geavanceerde Nederlandse technische bouwregelgeving biedt daartoe de ruimte.
ERB deed in 2021 zowel in de context van de Vraag & Antwoordpraktijk als in de advisering uitspraken betreffende gelijkwaardigheid. In veel gevallen betreft het brandveiligheidskwesties. Ook formele project onafhankelijke gelijkwaardigheidsverklaringen worden gepubliceerd. Indien de opdrachtgever dat wenst worden zij gepubliceerd op de website van ERB. Naast de Gelijkwaardigheidsverklaring worden ook formele conformiteitsverklaringen opgesteld en gepubliceerd.
Een visie op de functionaliteit van de bouwregelgeving
In de periode 2009-2012 gaf ERB in diverse publicaties haar visie op de ontwikkelings- en verbetermogelijkheden van vigerende regelgeving, leidend tot een tweetal brochures onder de titel “Vertrouwen en betrouwbaarheid – Een visie op de functionaliteit van de bouwregelgeving”. Het ERB rapport “Verder na Dekker – innovatie van de bouwregelgeving” werd eind 2011 integraal aan de TK ter beschikking gesteld. Eind november 2013 werd het in opdracht van BZK opgestelde rapport “Quick-scan van de ontwikkeling van erkende technische oplossingen die voldoen aan het Bouwbesluit 2012, voor 80% van de praktijksituaties” opgeleverd.
In de genoemde brochures en rapporten hebben ERB c.s. een fundamenteel andere benadering voorgesteld dan wat door het ministerie in lijn met het advies van het Actieteam “Private kwaliteitsborging en bouwregelgeving” is beschreven. Inmiddels is sprake van een door de Tweede Kamer geamendeerd wetsvoorstel “Kwaliteitsborging voor het bouwen” waarbij de amendementen in lijn zijn met de visie van het ERB en waarbij de unaniem aangenomen motie over erkende technische goedkeuringen uit voornoemde brochures en quick scan voortvloeit. Het wetsvoorstel is inmiddels na aanhouding in de Eerste Kamer alsnog tot wet verheven (Stb. 2019, 382, maar nog niet in werking getreden, hangende onderliggende wetgeving. Het gaat om het terugdringen van de 10-15% faalkosten die standaard de eindgebruiker/consument in rekening wordt gebracht en om het leveren van een bouwwerk zonder non-conformiteit. In de Tweede Kamer is een aantal malen gedebatteerd over de op handen zijnde stelselherziening waarbij via breed gedragen moties de Tweede Kamer fundamentele elementen uit de ERB c.s. visie heeft overgenomen. Nadien heeft het ministerie de amendementen niet correct verwerkt in de aan de beide kamers overgelegde ontwerp AMvB, hetgeen tot negatieve reacties vanuit de bouwwereld en consumenten heeft geleid. Uiteindelijk is in januari 2019 een bestuursakkoord gesloten tussen de minister van BZK en de VNG. Bij motie heeft de TK bij de minister aangedrongen dit akkoord in de wetgeving te verankeren. Een herziene versie van de AMvB is in april 2020 aan de TK en EK voorgelegd. Dat heeft geleid tot zeer veel vragen van zowel de TK als de EK en ook een negatieve reactie van de VNG en G4. Naar aanleiding van discussies met de Eerste Kamer is op 23 februari 2021 een gewijzigde ontwerp AMvB aan de Eerste Kamer gezonden. Ook daarmee heeft de Eerste Kamer niet ingestemd en de minister verzocht advies te vragen aan de Raad van State waarna het debat kan worden voortgezet. Naast de AMvB moeten nog een ministeriele regeling worden genomen, waarvan kortdurend een internetconsultatie versie heeft gecirculeerd.
ERB suggereert in haar visie de hierna volgende elementen voor de stelselwijziging die de mentaliteitsverandering op gang kunnen brengen.
- De aansprakelijkheid van een bouwer wordt gelijkgetrokken aan die van elke andere producent;
- Plantoetsing vooraf wordt vervangen door een beoordeling “as built”; wel wordt een risicoanalyse voor risicovolle handelingen vooraf ter goedkeuring aan het bevoegd gezag overgelegd.
- Een overdrachtsdossier op het moment van gereed-melding wordt verplicht en het bevoegd gezag krijgt 10 dagen de gelegenheid te besluiten of het bouwwerk in gebruik mag worden genomen;
- Het overdrachtsdossier wordt beoordeeld door het bevoegd gezag, zoals Omgevingsdiensten en door de opdrachtgever: niet adequaat, dan is de bouwer per definitie aansprakelijk;
- De toeleveringsindustrie zorgt voor “beproefde technische oplossingen (BTO)” met “erkende” technische prestaties as built, door de Tweede Kamer Erkende Technische Toepassingen (ETT) genoemd;
- Voor bouwwerken volgens het concept ETT volstaat een eenvoudige check. Voor 5% heel ingewikkelde bouwwerken doet men er verstandig aan tijdig topexperts in te schakelen om het risico op aansprakelijkstelling af te dekken. Voor de tussencategorie (ca 15% van het bouwvolume) kan een private deskundige toezichthouder van nut zijn.
Voor de punten 5 en 6 is geen overheidssturing nodig. Dat moet de markt zelf willen en kunnen, waarbij de gemeente formeel wel bevoegd gezag blijft en via het overdrachtsdossier verantwoording wordt afgelegd. De punten 1 tot en met 4 vergen een sterk vereenvoudigd wetsvoorstel om de kwaliteit te borgen. Een regiegroep is ingesteld die de experimenten (10% van de huidige bouwaanvragen in gevolgklasse 1 moet volgens de inhoud van de wet in de praktijk worden gerealiseerd) moet begeleiden en evalueren alvorens de Tweede Kamer en Eerste Kamer kan besluiten over de invoering. Bij de voorbereidingen van de experimenten zijn de amendementen, de unaniem door de Tweede Kamer aangenomen motie 34453-19 inzake erkende technische toepassingen en de motie over het Bestuursakkoord (28325-184 ) (nog) niet dan wel onvoldoende meegenomen. Het ERB voorziet de VNG, G4 en VBWTN van adviezen over de verdere implementatie van de wet en de uitvoering van de experimenten.
Het ERB is met conceptuele bouwers aan de slag gegaan om te komen tot erkende technische toepassingen voor grondgebonden woningbouw. De pilot laat zien dat dergelijke ETT zeer wel mogelijk zijn en de betrokken bouwers onderschrijven dat deze ontwikkeling ze veel voordelen biedt.
Meer over de ontwikkelingen omtrent de stelselherziening leest u op https://www.bouwregelwerk.org/stelsel
De relatie met het Ministerie en het OPB
ERB is agenda lid van de JTC en ontvangt als zodanig ook de stukken van het Overlegplatform Bouwregelgeving. ERB voorziet de overheid en de partners in deze gremia van haar visie op de voorliggende stukken. Deze stukken zijn vertrouwelijk van aard.
NEN
Met het oog op de correcte aansluiting van de normbladen en kwaliteitsverklaringen op de technische regelgeving adviseert ERB het normalisatieproces in een permanente adviesrelatie.
De relatie met het bevoegd gezag
Een goede relatie is aanwezig met grote en kleinere gemeenten. Zo ook met het Consortium of European Building Control-CEBC, de Vereniging Bouw- en woningtoezicht Nederland, het Centraal Overleg Bouwconstructie-COBc en Brandweer Nederland. De contacten via de helpdesk met individuele vertegenwoordigers van BWT en Brandweer weerspiegelen zich in de samenwerking tussen het Expertisecentrum en de vereniging VBWTN en Brandweer Nederland. Deze contacten zijn veelvuldig en intensief. In voorkomende gevallen wordt ERB ingeschakeld bij moeilijke projecten en bij capaciteitsproblemen.
Onderwijs, Innovatie en Ontwikkeling
De regelgeving moet de maatschappelijke ontwikkelingen volgen en geen belemmering vormen voor de samenwerkende partijen in de bouw. De simpele roep om afschaffing van regels is niet zinvol gebleken en verlaagt de regeldruk niet. ERB doet met steeds meer succes haar best om voor haar vernieuwende aanpak brede steun te verwerven en streeft er naar om te komen tot een Innovatie en Ontwikkelingsprogramma gericht op fundamentele herziening van de regelgeving.
ERB is betrokken bij cursussen rond de implementatie van de Eurocodes en NEN 8700 van PAOM en van NEN, ERB verzorgt ook incompany cursussen voor verzekeringsadviseurs en brandveiligheidsadviseurs. Wel valt te constateren dat vanuit de markt de belangstelling voor bijscholing afneemt, terwijl uit de adviesvragen blijkt de kennis nog altijd beperkt is. Daarnaast verzorgt ERB gastcolleges en bijscholing voor bedrijven.
Publiciteit, Publicaties en Artikelen
De representatieve artikelen van de hand van dr. ir. N.P.M. Scholten en de publiciteit over 2021 zijn als gewoonlijk via de website beschikbaar. Via het relatienetwerk zijn contacten gelegd met de Universiteit van Newcastle Australië omdat Australië ook worstelt met de eindkwaliteit van bouwwerken (85% van de bouwwerken die onder certificaat tot stand komen hebben niet acceptabele gebreken). Het ERB verzorgt een vaste column in Cement en Bouwwereld. Op ad-hoc basis verstrekt ERB inhoudelijk informatie aan nieuwsmedia zoals 1Vandaag, Nieuwsuur, Zembla, Omroep Max en redacties van landelijke dagbladen over actuele onderwerpen.
Bestuur
In 2021 bestond het bestuur uit Drs. R.J. Wijnands, voorzitter, ir. G.M.A. Kusters, vicevoorzitter en penningmeester, en Ir. P.C. van Staalduinen in de functie van secretaris.
NIEUWSBRIEF 2022-ERB-P003
Het ultieme alternatief voor “Eens vergund, altijd vergund” en “vergunning in 1 dag” heet ETT®
In de media lezen we initiatieven om rond conceptueel bouwen snel te komen tot vergunningverlening.
In de regio Rotterdam lezen we over het initiatief “eens vergund, altijd vergund” en in de regio Purmerend denkt men na over vergunning in 1 dag.
Maar waar gaat het nu om? Al meer dan 10 jaar lang wordt er gediscussieerd over gegarandeerde kwaliteit in de bouw en dan niet op het moment van vergunningverlening, maar op het moment dat het bouwwerk in gebruik wordt genomen en gedurende dat gehele gebruik.Lees verder
JAARVERSLAG 2020
Algemeen
De Stichting Expertisecentrum Regelgeving Bouw-ERB is sinds haar oprichting in 2005 uitgegroeid tot hèt Expertisecentrum op het gebied van de (bouw) technische regelgeving. Partijen die geconfronteerd worden met vragen en problemen rond de technische regelgeving worden dagelijks ondersteund. ERB draagt effectief bij aan de ontwikkeling van een betere technische regelgeving en de innovatie van het maatschappelijk systeem waarbinnen de regelgeving functioneert.
Lees verderZoeken
Categorieën
Laatste artikelen
- Column: NTA 6125 -Volledig de weg kwijt
- Column: Lessons learned
- Verklaring van gelijkwaardigheid
- Verklaring van gelijkwaardigheid
- Jaarverslag 2023
- Openbrief
- Jaarverslag 2022
- Column: REGELGEVING ALS VENUS VAN MILO
- SUPERGAAF artikel
- Column: DE COST GAET VOOR DE BAET UYT
- Column: INVLOED VAN DE MEDIA
- OPEN BRIEF
- JAARVERSLAG 2021
- NIEUWSBRIEF 2022-ERB-P003
- JAARVERSLAG 2020